zwervende schaatsenrijder
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- zwer·ven·de schaat·sen·rij·der
Woordherkomst en -opbouw
- verbinding van zwervende en schaatsenrijder
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zwervende schaatsenrijder | zwervende schaatsenrijders |
verkleinwoord | zwervend schaatsenrijdertje | zwervende schaatsenrijdertjes |
Zelfstandig naamwoord
de zwervende schaatsenrijder m
- (halfvleugeligen) Limnoporus rufoscutellatus een wants uit de familie van de Gerridae (Schaatsenrijders). De soort werd het eerst wetenschappelijk beschreven door Pierre André Latreille in 1807
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'zwervende schaatsenrijder' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.