zoutig
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zou·tig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | zoutig | zoutiger | zoutigst |
verbogen | zoutige | zoutigere | zoutigste |
partitief | zoutigs | zoutigers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
zoutig
- naar zout smakend
- Bij het zoeken naar drinkwater vond men in Twente zoutig in plaats van zoet water.
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord zoutig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zoutig" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be