zomermode
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- zo·mer·mo·de
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zomer en mode
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zomermode | zomermodes |
verkleinwoord | zomermodetje | zomermodetjes |
Zelfstandig naamwoord
- modieuze kleding voor een bepaalde zomer
- De zomermode komt deze week in de winkels.
Antoniemen
Vertalingen
1. modieuze kleding voor een bepaalde zomer
Gangbaarheid
- Het woord zomermode staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.