Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zoe·mend

Werkwoord

vervoeging van: zoemen
verbogen vorm: zoemende

zoemend

  1. onvoltooid deelwoord van zoemen
stellend
onverbogen zoemend
verbogen zoemende
partitief zoemends

Bijvoeglijk naamwoord

zoemend

  1. continu, zacht geluid dat op de z-klank lijkt makend
    • De Kona rijdt uitstekend, is snel en stil en de trekkracht is prima. Boven de 100 km/u wordt het wat minder, maar de motor is verfijnd en mooi lineair en laat alleen een licht zoemend geluid horen wanneer er echt gas wordt gegeven. [1] 
    • „Toen ik me realiseerde dat er een insect in mijn oor zat had ik een kleine zenuwinzinking”, vertelt Katie aan Buzzfeed News. Katie voelde de kakkerlak bewegen in haar oor. „Het deed geen pijn, maar ik hoorde constant een zoemend geluid.” Haar man probeerde het beestje te verwijderen, maar kreeg alleen de andere pootjes te pakken. [2] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid


Verwijzingen