zitmeubel
- zit·meu·bel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zitmeubel | zitmeubelen zitmeubels |
verkleinwoord |
het zitmeubel o
- meubel dat gemaakt is om op te gaan zitten
- ▸ De Ossenkoppelerhoek krijgt een 'bank met gezichten'. Het gaat om een zitmeubel dat ontworpen wordt door kunstenares Gerrie Apeldoorn.[2]
- ▸ Met behulp van een kraan van het bedrijf Kuiphuis trokken de hoogheden een doek weg, waarna ze het zitmeubel als eersten mochten uitproberen. De bank is geplaatst rond een boom in wat in De Lutte bekend staat als het ‘appelhofje, achter Erve Boerrigter.[3]
- Het woord zitmeubel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Wijk Ossenkoppelerhoek krijgt een 'bank met gezichten' van Rabobank” (26-11-2009), Tubantia
- ↑ Weblink bron Angelique Kunst“Bank van De Bosdûvelkes” (5-02-2011), Tubantia