zintuigelijk
- zin·tui·ge·lijk
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | zintuigelijk | zintuigelijker | zintuigelijkst |
verbogen | zintuigelijke | zintuigelijkere | zintuigelijkste |
partitief | zintuigelijks | zintuigelijkers | - |
zintuigelijk
- betrekking hebbend op de waarneming door de zintuigen; de zinnen prikkelend
- ▸ Voor op de koffieautomaat
De geur kleurt
een zintuigelijk feest.
De smaak ontwaakt
en opent de geest.
[1] - ▸ De verslagen die in een verhalende vorm waren geschreven en een zintuigelijke stijl hanteerde werden opmerkelijk vaker geciteerd dan de studies die hun resultaten vooral verklarend presenteerde.[2]
- ▸ Voor op de koffieautomaat
- Het woord zintuigelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “‘Ik vraag me af hoe vaak mijn collega’s naar de wc gaan om te vloeken’” (30-01-2019), Tubantia
- ↑ Weblink bron Door Postma“Waarom verhalend wint van verklarend” (26/12/2016), HP de Tijd