Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zes·tig·tal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zestigtal zestigtallen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het zestigtalo

  1. 60 exemplaren (zaken of personen die uit zinsverband duidelijk zijn)
  2. ongeveer 60 exemplaren (zaken of personen die uit zinsverband duidelijk zijn)
  3. (wiskunde) 60 gebruikt als grondtal voor berekeningen, met het voordeel dat het zowel door 3, 4 als 5 deelbaar is
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen