zeshonderdentien
Nederlands
0 | 6 | 1 | 0 |
zeshonderdentien,
op een abacus
op een abacus
Uitspraak
- Geluid: zeshonderdentien (hulp, bestand)
- IPA: / ˌzɛshɔndərtɛnˈtin / (5 lettergrepen)
Woordafbreking
- zes·hon·derd·en·tien
Woordherkomst en -opbouw
- samenstellende samenstelling van zeshonderd ht, en vw en tien ht
Hoofdtelwoord
zeshonderdentien
- "610", langere vorm van zeshonderdtien, zeshonderd plus tien
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft zeshonderdentien euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot zeshonderdentien.
- om een hoeveelheid aan te geven
Synoniemen
- zeshonderdtien (deze kortere vorm wordt meer gebruikt)[1] [2]
Afgeleide begrippen
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "zeshonderdentien" ht als linkerdeel
Gangbaarheid
- Het woord 'zeshonderdentien' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron W. Haeseryn e.a.“7.2.1.1 Bepaalde hoofdtelwoorden, onder 2” (januari 2019) op e-ans.ivdnt.org (Algemene Nederlandse Spraakkunst)
- ↑ Weblink bron “Tweeduizend zes / tweeduizend en zes” op taaladvies.net (Nederlandse Taalunie)