woelig
- woe·lig
- Naamwoord van handeling van woelen met het achtervoegsel -ig
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | woelig | woeliger | woeligst |
verbogen | woelige | woeligere | woeligste |
partitief | woeligs | woeligers | - |
woelig
- in onrustige beweging
- De golven waren door een storm wat verder van de kust een stuk woeliger geworden.
1.
- Het woord woelig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "woelig" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be