wereldpremière
  • we·reld·pre·mi·è·re
enkelvoud meervoud
naamwoord wereldpremière wereldpremières
verkleinwoord

de wereldpremièrev / m

  1. de feestelijke, eerste keer (op de hele wereld) dat men een voorstelling opvoert of een film vertoont
     Wereldpremière opera-eenakter Seijffardt bij opening omstreden Muziektheater Een kijkdoos met matige akoestiek.[2]
     Bij de wereldpremière van Benedetta op het filmfestival van Cannes reageerden filmcritici verdeeld op de film van Verhoeven, onder meer omdat de seksscènes te expliciet zouden zijn. Recensenten noemden Verhoeven een "politiek incorrecte provocateur".[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij  , ISBN 9789023479925
  3.   Weblink bron “Rusland verbiedt vertoning van Paul Verhoeven-film over lesbische non” (18-09-2021), NOS