Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • we·reld·kerk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord wereldkerk wereldkerken
verkleinwoord wereldkerkje wereldkerkjes

Zelfstandig naamwoord

de wereldkerkv / m

  1. (religie) een kerk die wereldwijd actie is
    • Omdat ze op alle continenten leden hebben, noemen ze zichzelf een wereldkerk. 
Hyperoniemen

Gangbaarheid