Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: wekken


  • wec·ken
  • van Duits wecken, een eponiem afgeleid van de naam van de 19e-eeuwse Duitse ondernemer Weck   met het achtervoegsel -en, het naar hem genoemde bedrijf   bracht de glazen weckflessen op de markt; in de betekenis van ‘(levensmiddelen) conserveren’ voor het eerst aangetroffen in 1913 [1]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
wecken
weckte
geweckt
zwak -t volledig

wecken

  1. overgankelijk levensmiddelen conserveren door na kokend te steriliseren luchtdicht af te sluiten
    • Die boontjes zijn twee jaar geleden geweckt en nog steeds goed eetbaar. 
65 % van de Nederlanders;
39 % van de Vlamingen.[2]