wadlopen
- wad·lo·pen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
wadlopen |
- |
wadgelopen |
onvolledig |
wadlopen o
- een tocht te voet maken door gebied dat alleen bij laagwater begaanbaar is
- ▸ We zijn met een stel meiden gaan wadlopen, echt super lachen.[2]
1. een tocht te voet maken door gebied dat alleen bij laagwater begaanbaar is
- Het woord wadlopen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "wadlopen" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
58 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Paulien Cornelisse“Meiden” (6 maart 200) op nrc.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be