• vrij·ha·ven
enkelvoud meervoud
naamwoord vrijhaven vrijhavens
verkleinwoord vrijhaventje vrijhaventjes

de vrijhavenv / m

  1. (scheepvaart) een haven met bijzondere vrijstellingen, bijvoorbeeld de vrijstelling van betaling van belasting
  2. (figuurlijk) een plaats waar men zich niet aan regels en wetten hoeft te houden, een vrijplaats
89 % van de Nederlanders;
88 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be