voorjaarsboomspanner

Nederlands

 
Mannetje
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • voor·jaars·boom·span·ner
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord voorjaarsboomspanner voorjaarsboomspanners
verkleinwoord voorjaarsboomspannertje voorjaarsboomspannertjes

Zelfstandig naamwoord

de voorjaarsboomspannerm

  1. (vlinders) Alsophila aescularia   een nachtvlinder uit de familie Geometridae  , de spanners. Bij de imago is sprake van een opvallende vorm van geslachtsdimorfie dat wel bij meer spanners voorkomt, de vrouwtjes zijn vleugelloos. De voorvleugellengte van het mannetje bedraagt tussen de 16 en 19 millimeter. Opvallend is dat hij de vleugels in rust gedeeltelijk over elkaar heen vouwt. Het vrouwtje is onbehaard op een opvallend plukje aan haar achterlijf na. De soort overwintert als pop in de grond in een losse cocon
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie