voorhoofdsholteontsteking

Nederlands

 
voorhoofdsholteontsteking
Uitspraak
Woordafbreking
  • voor·hoofds·hol·te·ont·ste·king
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord voorhoofdsholteontsteking voorhoofdsholteontstekingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de voorhoofdsholteontstekingv

  1. (medisch) ontsteking van de voorhoofdsholten
     Wat John niet wist, was dat Ernst aan voorhoofdsholteontsteking leed.[1]
     Rabobank beschikt niet over een (fitte) Nederlandse favoriet. Lars Boom kampt met een voorhoofdsholteontsteking en de Deen Matti Breschel, die derde werd in Gent-Wevelgem, is de enige aangewezen kopman. De laatste Nederlandse winnaar is Adri van der Poel. Hij won in 1986, twee jaar nadat Johan Lammerts zegevierde.[2]
Hyperoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij  , ISBN 9789023479925
  2.   Weblink bron “Nieuwe Muur heet Paterberg” (29-03-2012), NOS