• voeg·spij·ker
enkelvoud meervoud
naamwoord voegspijker voegspijkers
verkleinwoord voegspijkertje voegspijkertjes

de voegspijkerm

  1. (gereedschap) een stuk handgereedschap waarmee voegen worden afgewerkt
    • De voeger was zijn voegspijker verloren en moest een nieuwe aanschaffen.