• ver·ve·ling
enkelvoud meervoud
naamwoord verveling
verkleinwoord

de vervelingv

  1. een onaangenaam gevoel van lusteloosheid, van desinteresse, van hangerigheid, grenzend aan ergernis
    • De kinderen hebben veel last van verveling nu ze niet naar school gaan. 
    • Sommige hangjongeren gaan door verveling soms over tot vandalisme. 
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be