• vers·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord versheid
verkleinwoord

de versheidv

  1. (voeding) de mate waarin een voedingsproduct vers is
    • Het protest in de Carrefour van Bergen is een mooi voorbeeld van de tegengestelde belangen van personeel en klanten. Voor de klanten zijn - behalve de prijs en de versheid van de producten - vooral comfort en snelheid cruciaal. Voor hen zijn technologische vooruitgang en automatisering dus een pluspunt. Voor de kassiersters, die niet meer zo talrijk nodig zijn, is het een achteruitgang.[2] 
    • Het draait allemaal om gemak, versheid en transparantie - alle ingrediënten en calorieën staan op de verpakking. Je kunt er terecht voor een meergranen wrap met gerookte kip, avocado, spinazie, peper en cashewsaus (€6) of een bietensalade met geitenkaas, linzen, courgette, limoen en munt (€3,50). [3] 
95 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[4]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. de Standaard VRIJDAG 16 FEBRUARI 2018 - ECONOMIE Kassiersters vechten tegen windmolens
  3. Het Parool FLEUR SMAKMAN 8 JUNI 2017 Munch Fit Food To Go
  4.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be