• ver·klik·ken
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
verklikken
verklikte
verklikt
zwak -t volledig

verklikken

  1. overgankelijk een informatie overbrengen
  2. overgankelijk heimelijk informatie doorgeven
    • Hij werd erop aangekeken dat hij het verklikt had. 
  3. overgankelijk iets van iemand aan iemand anders vertellen
99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be