verbandtrommel
  • ver·band·trom·mel
enkelvoud meervoud
naamwoord verbandtrommel verbandtrommels
verkleinwoord verbandtrommeltje verbandtrommeltjes

de verbandtrommelv / m

  1. doos met EHBO-benodigdheden
    • Het scoutingprogramma kon beginnen: vossenjacht in het ‘donkere bomenbos’, of nog opwindender: vlaggenroof waarbij alle middelen waren geoorloofd en de verbandtrommel klaarstond. [2] 
    • En als een kind valt is er bijvoorbeeld een rood icoontje met een verbandtrommel. Ook kunnen de ouders aangeven dat het etenstijd is. Recter: ,,Dat werkt heel leuk, inmiddels hebben wij van kinderen allerlei verzoekjes liggen om nieuwe icoontjes te maken." [3] 
    • De marathons liepen ze met een rugzak. Hullegie: ,,Je moet van de organisatie altijd twee liter water meenemen, een lange broek, lange mouwen, een jack, een muts, handschoenen, een telefoon en een van de twee een verbandtrommel. [4]