vensterraam
- Geluid: vensterraam (hulp, bestand)
- ven·ster·raam
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vensterraam | vensterramen |
verkleinwoord | vensterraampje | vensterraampjes |
het vensterraam o
- het raamwerk waarin het glas gevat kan worden dat een opening in een muur afsluit
- de glazen ruit die een opening in een muur afsluit
- ▸ Komarovski trommelde met zijn vingers op het vensterraam in de maat van een stel paarden dat beneden ongehaast over het asfalt klepperde.[2]
- ▸ Bovendien is er in elke wijk wel zo'n buurman die dan heel opzichtig ook de stoepjes van zijn zogenaamd luie buren meepakt. Vaak gaat deze nijverheid gepaard met passief-agressieve blikken door het vensterraam waar jij net een gele rakker opentrekt na een lange dag werken. Kortom, onnodige groepsdruk waar niemand gelukkig van wordt.[3]
1. het raamwerk waarin het glas gevat kan worden dat een opening in een muur afsluit
- Het woord vensterraam staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Dokter Zjivago” (1957), G.A. van Oorschot , ISBN 9789028261396
- ↑ Weblink bron Freek de Swart“Bruine blubber: Waarom we ons besneeuwde stoepje niet moeten ruimen” (30-01-2019), Tubantia