veldweg
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- veld·weg
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van veld zn en weg zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | veldweg | veldwegen |
verkleinwoord | veldwegje veldweggetje |
veldwegjes veldweggetjes |
Zelfstandig naamwoord
- onverharde weg buiten de bebouwde kom
- De man ijvert er al jaren voor afgesloten en verdwenen paden en veldwegen in de gemeente opnieuw open te stellen. Landbouwers palmen weggetjes in. Andere paadjes raken overwoekerd door onkruid of een omheining verspert de weg.[2]
- Een 32-jarige exhibitionist had bepaald geen mazzel toen hij zich op een veldweggetje in Wiesbaden naakt voor een voorbijrijdende vrouw wierp. Zijn slachtoffer bleek namelijk een politievrouw in burger die na haar dienst op weg was naar huis, aldus de Frankfurter Allgemeine Zeitung woensdag.[3]
Synoniemen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord veldweg staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "veldweg" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ de Telegraaf 05 dec. 2012 Belg krijgt geld voor slechte wandelpaden
- ↑ de Telegraaf 01 jul. 2015 Naaktloper gooit zich voor politievrouw
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be