veertighoek
- Geluid: veertighoek (hulp, bestand)
- IPA: / ˈvertəxˌhuk / (3 lettergrepen)
- veer·tig·hoek
- samenstelling van veertig ht en hoek zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | veertighoek | veertighoeken |
verkleinwoord | veertighoekje | veertighoekjes |
de veertighoek m
- (wiskunde) meetkundige figuur met veertig hoeken
- Het woord 'veertighoek' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Weblink bron NumerusAntwoord omtrekverschillen in: De Telegraaf , jrg. 48 nr. 17854 (25 april 1940), p. 17 kol. 3/4