• uit·vin·ding
enkelvoud meervoud
naamwoord uitvinding uitvindingen
verkleinwoord uitvindinkje uitvindinkjes

de uitvindingv

  1. de daad van het uitvinden, het ontdekken van een nieuwe methode of een nieuw toestel
    • De uitvinding van de boekdrukkunst had grote gevolgen. 
  2. een nieuw gevonden methode of toestel
    • Hij vergat zijn wonderbaarlijke uitvinding te patenteren. 
     Dit is een merkwaardige uitvinding die door middel van uv-licht alle parasieten en bacteriën in het water binnen negentig seconden uitschakelt.[1]
100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]
  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers  
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be