twintighoek
- Geluid: twintighoek (hulp, bestand)
- IPA: / ˈtwɪŋtəxˌhuk / (3 lettergrepen)
- twin·tig·hoek
- samenstelling van twintig ht en hoek zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | twintighoek | twintighoeken |
verkleinwoord | twintighoekje | twintighoekjes |
de twintighoek m
- (wiskunde) meetkundige figuur met twintig hoeken
- Het woord 'twintighoek' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.