trommelstokkenboom

Nederlands

 
trommelstokkenboom
Uitspraak
Woordafbreking
  • trom·mel·stok·ken·boom
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord trommelstokkenboom trommelstokkenbomen
verkleinwoord trommelstokkenboompje trommelstokkenboompjes

Zelfstandig naamwoord

de trommelstokkenboomm

  1. (plantkunde) Cassia fistula   een boom uit Indonesië waarvan de bloesem aan de goudenregen doet denken
    • De vruchten van de trommelstokkenboom vormen lange peulen die aan trommelstokken doen denken. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie