trapauto
- trap·au·to
- samenstelling van trap en auto
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | trapauto | trapauto's |
verkleinwoord | trapautootje | trapautootjes |
de trapauto m
- (speelgoed) een speelgoedauto die door beenkracht wordt voortbewogen
- De kleuters speelden graag in de trapauto.
- Het woord trapauto staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "trapauto" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
83 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be