toeslagenschandaal

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • toe·sla·gen·schan·daal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord toeslagenschandaal toeslagenschandalen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het toeslagenschandaalo

  1. (politiek) (Nederland) wantoestand in de jaren 10 van 21e eeuw waarbij duizenden ouders die een beroep deden op een vergoeding voor kinderopvang ten onrechte als fraudeurs werden behandeld
     Door het toeslagenschandaal viel het kabinet-Rutte III en was er veel kritiek op de overheid en de Belastingdienst.[1]
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Emma van der Zalm
    “Simpel uitgelegd: Zo zat het met het toeslagenschandaal” (11 juni 2021) op nu.nl