toepasbaar
- Geluid: toepasbaar (hulp, bestand)
- toe·pas·baar
- Naamwoord van handeling van toepassen met het achtervoegsel -baar
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | toepasbaar | toepasbaarder | toepasbaarst |
verbogen | toepasbare | toepasbaardere | toepasbaarste |
partitief | toepasbaars | toepasbaarders | - |
toepasbaar
- de mogelijkheid hebbend om te worden gebruikt in de praktijk
- De stelling van Pythagoras is toepasbaar in de landmeetkunde voor het berekenen van afstand.
- Het woord toepasbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.