Nederlands

 
1. Een toepaja Tupaia javanica   op Bali.
Uitspraak
Woordafbreking
  • toe·pa·ja
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord toepaja toepaja's
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de toepajam

  1. (dierkunde) benaming voor zoogdieren uit de orde Scandentia  , die in tropische bossen leven en insecten eten
     De Duitse onderzoekers benadrukken dat de toepaja zo interessant is omdat het dier verwant is aan de primaten.[1]
Synoniemen
Hyponiemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Hester van Santen
    “Vederstaarttoepaja is elke dag dronken” (31 juli 2008) op nrc.nl