tinas
- tin·as
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tinas | - |
verkleinwoord | - | - |
- (scheikunde) benaming voor tindioxide (SbO2), een stof die ontstaat bij het branden van tin en kan worden gebruikt bij fijn polijsten, het maken van glazuur en email of als witte kleurstof voor glas
- De klassieke manier van polijsten geschiedt met geraspt lood, aluin en amaryl als eerste bewerking. Napolijsten gebeurt dan met bloem van zwavel en tinas. [2]
- Zie voor het gebruik van lood-bevattend [sic!] tinas door plateelbakkers bij het vervaardigen van glazuur Brief 83 (…) van 23 januari 1685 (…). [3]
- Ook Deiman en Paets van Troostwijk namen de overeenkomst tussen het flogiston en de electriciteit aan (1787). Deze identiteit volgde voor van Marum met name uit de waarneming dat de electrische ontlading in staat was metaalkalken (oxiden) te reduceren, dus er flogiston aan terug te geven. Dit lukte met menie, loodwit, tinas (tinoxide), zinkoxide en antimoonoxide. [4]
- Het woord 'tinas' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "tinas" herkend door:
6 % | van de Nederlanders; |
8 % | van de Vlamingen.[5] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Berends, G. e.a.Natuursteen in monumenten. 2e druk (1982) Bosch & Keuning, Baarn / Rijksdienst voor de Monumentenzorg, Zeist; ISBN 90 246 4337 6; p. 80; geraadpleegd 2018-12-17
- ↑ Leeuwenhoek, A. van (ed. L.C. Palm)Alle de brieven. Deel 15: 1704-1707. 1999 N.V. Swets & Zeitlinger, Lisse; ISBN 90 265 15480; p. 52 n. 44; geraadpleegd 2018-12-17
- ↑ Snelders, H.A.M."De ontvangst van het ‘système antiphlogistique’ van Lavoisier in Nederland." in: Documentatieblad werkgroep Achttiende eeuw. 11/12 jrg. 1971 nr. 2 (juni 1971) Werkgroep Achttiende Eeuw, Nijmegen; p. 58; geraadpleegd 2018-12-17
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be