• ten·ta·men
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘(voor)examen’ voor het eerst aangetroffen in 1654 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord tentamen tentamens
tentamina
verkleinwoord tentamentje tentamentjes

het tentameno

  1. het toetsen van kennis opgedaan bij één vak
    • Bij dat tentamen heeft hij best goed gescoord. 
100 % van de Nederlanders;
93 % van de Vlamingen.[3]