• te·le·skop
  • Noors zelfstandig naamwoord met het voorvoegsel tele- en met het achtervoegsel -skop
Naar frequentie 22337
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   teleskop     teleskopet     teleskop
teleskoper  
  teleskopa
teleskopene  
genitief   teleskops     teleskopets     teleskops
teleskopers  
  teleskopas
teleskopenes  

teleskop, o

  1. (gereedschap), (techniek) telescoop, sterrenkijker
  2. (astronomie), (gereedschap) in samenstellingen: een apparaat die straling ontvangt van hemellichamen
  3. (gereedschap), (optica) in samenstellingen: ineenschuivbare verrekijkers

teleskop, mv

  1. onbepaalde vorm nominatief meervoud van teleskop


  • te·le·skop
  • Nynorsk zelfstandig naamwoord met het voorvoegsel tele- en met het achtervoegsel -skop
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   teleskop     teleskopet     teleskop     teleskopa  

teleskop, o

  1. (astronomie), (gereedschap) telescoop, sterrenkijker
  2. (gereedschap), (techniek) in samenstellingen: een apparaat die straling ontvangt van hemellichamen ontvangt van hemellichamen

teleskop, mv

  1. onbepaalde vorm nominatief meervoud van teleskop


  • te·les·kop
enkelvoud meervoud
nominatief   teleskop     teleskoplar  
genitief   teleskobun     teleskopların  
datief   teleskoba     teleskoplara  
accusatief   teleskobu     teleskopları  
locatief   teleskopta     teleskoplarda  
ablatief   teleskoptan     teleskoplardan  

teleskop

  1. (techniek), (optica) telescoop