Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • tank·kaart
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tankkaart tankkaarten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de tankkaartv / m

  1. kaart waarmee een werknemer op de kosten van de werkgever kan tanken
    • Justitie was een onderzoek begonnen naar Laloux, omdat hij een tankkaart zou hebben misbruikt als wethouder van Namen. Hij tankte veel meer dan wethouders was toegestaan.[1] 
    • Het kabinet spreekt andere landen er wel altijd op aan als hun diplomaten zich hier misdragen. ook wordt de belastingvrije tankkaart geblokkeerd van diplomaten die meermaals de wet overtreden.[2] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

93 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Reformatorisch Dagblad 19-04-2008 Belgische staatssecretaris neemt ontslag
  2. Tubantia Hans van Soest 10-01-17 Diplomaten zijn nog steeds starre wanbetalers
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be