tafelspeech
- Geluid: tafelspeech (hulp, bestand)
- ta·fel·speech
- samenstelling van tafel zn en speech zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tafelspeech | tafelspeechen tafelspeeches |
verkleinwoord |
de tafelspeech m
- redevoering aan een maaltijd
- ▸ De band van de Nederlandse bevolking met het koningshuis is oersterk. Dat bracht drs. Ank Bijleveld-Schouten, Commissaris van de Koning in Overijssel, dinsdagavond naar voren bij een tafelspeech op Landgoed Warmelo in Diepenheim.[1]
- ▸ De meeste mensen zijn vriendelijk in hun oordeel over u. En toch draait uw maag zich half om als u uw vertrekkende directeur mag toespreken of de familie met een tafelspeech mag onderhouden op de bruiloft van uw dochter.[2]
- Het woord tafelspeech staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “'Band met Koningshuis is oersterk'” (21-05-2013), Tubantia
- ↑ Weblink bron Nico van der Voet“Spreken is goud” (20-01-2011), Reformatorisch Dagblad