taalstoornis
- taal·stoor·nis
- samenstelling van taal zn en stoornis zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | taalstoornis | taalstoornissen |
verkleinwoord |
de taalstoornis v
- een probleem met het produceren of begrijpen van taal
- Kinderen worden op veel te jonge leeftijd klaargestoomd voor de kenniseconomie. Dat heeft een averechts effect, stelt Sieneke Goorhuis-Brouwer, bijzonder hoogleraar Spraak- en Taalstoornissen bij het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). [1]
- Mensen die aan de taalstoornis afasie lijden, komen doorgaans niet vaak meer in een theater. [2]
- Haar leven stond vijf jaar geleden volledig op de kop. Toen de 65-jarige Willy uit Geesteren bijkwam na een hersenoperatie, bleek ze afasie te hebben: een taalstoornis. "Ik kon geen woord meer zeggen. Helemaal niets. Ontzettend frustrerend", zegt ze. [3]
- Het woord taalstoornis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ De Telegraaf 10 mrt. 2014 Hoogleraar: laat peuters spelen, niet leren
- ↑ Tubantia 16-12-08 Afasiepatiënten naar theater
- ↑ Tubantia 'Ontzettende doorzetter' uit Geesteren leert langzaam weer praten Ferry de Goeijen en Benthe Bronkhorst 21-10-17