sympathiek
- Geluid: sympathiek (hulp, bestand)
- IPA: / sɪmpaˈtik / (3 lettergrepen)
- sym·pa·thiek
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘sympathie opwekkend’ voor het eerst aangetroffen in 1901 [1]
- Afkomstig van het het Oudgriekse sympatheia wat "getroffen door gelijke gevoelens" betekent. Sympatheia is een samenstelling van "syn" en "pathos".
- afgeleid van sympathie met het achtervoegsel -iek [2]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | sympathiek | sympathieker | sympathiekst |
verbogen | sympathieke | sympathiekere | sympathiekste |
partitief | sympathieks | sympathiekers | - |
sympathiek
- bereid zich in de zorgen van een ander te verplaatsen
- Hij kreeg geen sympathiek gehoor.
- aangenaam en vriendelijk in de omgang
- Hij is een sympathieke kerel.
- ▸ Je opa Henri en je vader Antoine, allebei moderne, progressieve mannen, gebruiken de naam van het geslacht de Chantery zelden, en de adellijke titels nog minder, en dat is heel sympathiek.[3]
- Het woord sympathiek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "sympathiek" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ "sympathiek" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ sympathiek op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044632767
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be