stoppelig

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  stoppelig    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• stop·pe·lig

Woordherkomst en -opbouw

• afleiding van stoppel met het achtervoegsel -ig

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	stoppelig	stoppeliger	stoppeligst
verbogen	stoppelige	stoppeligere	stoppeligste
partitief	stoppeligs	stoppeligers	-

Bijvoeglijk naamwoord

stoppelig

1. met stoppels

   • Het meisje wilde de stoppelige wang niet kussen. 

Synoniemen

• ongeschoren

Gangbaarheid

• Het woord stoppelig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "stoppelig" herkend door:

91 %	van de Nederlanders;
89 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.