statherium
- Geluid: statherium (hulp, bestand)
- IPA: /staˈterijʏm/
- sta·the·ri·um
- van Oudgrieks σταθερός (statherós) "stabiel" met het achtervoegsel -ium naar de blijvende kratons die sinds deze periode bestaan; naam voorgesteld door een subcommissie van de IUGS in 1988[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | statherium | - |
verkleinwoord | - | - |
het statherium o
- (geologie) geologisch tijdperk, vierde en laatste periode van het paleoproterozoïcum, van 1,8 tot 1,6 miljard jaar geleden
- Vóór 2006 was de spelling Statherium. In specialistische publicaties blijft volgens de Taalunie spelling met een hoofdletter mogelijk, zie hier.
- periode (geologie)
- paleoproterozoïcum
1.
- ↑ Harland, W.B. e.a.A Geologic Time Scale 1989 (1990) Cambridge University Press, Cambridge; ISBN 9780521387651; p. 17; geraadpleegd 2016-01-24
- Het woord 'statherium' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.