• sta·te·loos
  • afgeleid van staat met het achtervoegsel -loos met het invoegsel -e-
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen stateloos statelozer stateloost
verbogen stateloze statelozere statelooste
partitief stateloos statelozers -

stateloos

  1. door geen enkele staat als onderdaan erkend wordend
    • Vluchtelingen zonder papieren kunnen stateloos worden.