Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • stads·ma·ri·nier
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord stadsmarinier stadsmariniers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de stadsmarinierm

  1. functionaris die toeziet op de leefbaarheid en veiligheid in een probleemwijk
     Ook Sana el Fizazi, stadsmarinier in de wijk, maakt zich zorgen. Wijkagenten, bezorgde moeders en anderen met problemen, kloppen bij haar aan. "De tweede lockdown drukt heel erg op de wijk. Mensen zitten met steeds meer vragen en problemen. Sommigen zitten met schulden, contracten worden niet verlengd of ze staan voor grote uitdagingen met thuisonderwijs", zegt ze.[1]
     De koning liet zich daarover bijpraten en liep rond met Aboutaleb en stadsmarinier Danielle van den Heuvel, verantwoordelijk voor de aanpak. Tijdens de wandeling sprak hij ook met bewoners die samen met de stadsmarinier de wijk proberen te verbeteren. Willem-Alexander bedankte hen voor hun inzet.[2]


Synoniemen


Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Meer ouderen eenzaam, waar zijn de vrijwilligers nu?” (Woensdag 3 februari 2021, 14:18), NOS
  2.   Weblink bron “Willem-Alexander wandelt door probleemwijk Rotterdam” (Dinsdag 19 februari 2019, 17:59), NOS