staartmezen

Nederlands

Aegithalos caudatus  (staartmees)

Uitspraak

• Geluid:  staartmezen    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• staart·me·zen

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  staart zn  en  mezen zn 
•  staartmees zn  met de uitgang -en

	enkelvoud	meervoud
naamwoord		staartmezen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de staartmezen mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord staartmees
2. meervoudsvorm als officiële benaming (zangvogels) Aegithalidae  een kleine familie van zangvogels uit de superfamilie Sylvioidea . De dieren hebben over het algemeen een zeer lange staart vergeleken met hun lichaamsgrootte. Als ze niet zo'n lange staart zouden hebben, zouden ze tot de kleinste vogels ter wereld behoren. Ze hebben een kegelvormige snavel. De lichaamslengte varieert van 11 tot 15 cm

Hyperoniemen

• [2] zangvogels, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren

Hyponiemen (in taxonomische zin)

• [2] Birmese staartmees, dwergmees, grijskopstaartmees, kuifhaantje, roestwangstaartmees, roodkruinstaartmees, staartmees, struikhaantje, struikmees, wenkbrauwstaartmees, witkeelstaartmees, witwangstaartmees, zilverkeelstaartmees

Afgeleide begrippen

• staartmeesstekelstaart

Gangbaarheid

• Het woord staartmezen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.