Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sprit
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord sprit spritten
verkleinwoord spritje spritjes

Zelfstandig naamwoord

de spritm

  1. (kraanvogelachtigen) bepaald soort vogel, Crex crex  , in Nederland zeldzame ral die leeft in de graslanden met gelig kleed en kenmerkende roep
  2. (scheikunde) sterke azijn
  3. (straattaal) (historisch) alcohol van 40% tot 90%, drinkbaar gemaakt door het te mengen met gewone jenever en gebruikt voor illegale handel in jenever
Synoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. sprit op website: Etymologiebank.nl
  2.   Weblink bron
    Henry Roskam Brummer
    “Boeven-Jargon” (1948) (2002), L.J. Veen, Amsterdam / Antwerpen, ISBN 9020459457, p. 631