spieringen

Nederlands

Rainbow Smelt, Osmerus mordax 

Uitspraak

• Geluid:  spieringen    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• spie·rin·gen

Woordherkomst en -opbouw

•  spiering zn  met de uitgang -en

	enkelvoud	meervoud
naamwoord		spieringen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de spieringen mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord spiering
2. meervoudsvorm als officiële benaming (straalvinnigen) een familie Osmeridae  van kleine anadrome en straalvinnige vissen uit de orde van de spieringachtigen (Osmeriformes ). De familie bestaat uit zo'n 16 soorten in zes geslachten

Hyperoniemen

• [2] spieringachtigen, zalmachtigen, beenvissen, straalvinnigen, beenvisachtigen, chordadieren, dieren

Hyponiemen (in taxonomische zin)

• [2] Amerikaanse spiering, eulachon, lodde, spiering

Verwante begrippen

• zandspieringen
• naakte zandspiering, Noorse zandspiering, zandspiering

Afgeleide begrippen

• spieringbroek, spieringfuik, spieringhaak, spieringklopper, spieringnet, spieringsleper, spieringvangst, spieringvisser

Gangbaarheid

• Het woord spieringen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.