speleoloog
- Geluid: speleoloog (hulp, bestand)
- IPA: /spelejo'lox/
- spe·leo·loog
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | speleoloog | speleologen |
verkleinwoord |
de speleoloog m
- (beroep) (geologie) een onderzoeker van grotten en holen, kenner van de speleologie
- In de duisternis, nauwelijks in staat een rilling te onderdrukken, kruipt Hideki achter Toru aan door wat op een onderaardse gang lijkt. Hij kan niet begrijpen hoe hij hier terecht is gekomen, het enige wat hij wil is met de trein naar huis. Als een verdwaalde speleoloog die zich richt op een sprankje ver daglicht volgt hij het dansende vlammetje van Toru's aansteker. [3]
- Sharon glimlacht. 'En jij ziet zo bleek als het achterste van een speleoloog. [4]
- De onderzoekers hopen hun nieuwe inzicht te kunnen gebruiken bij het ontwerpen van betere viool- en gitaarsnaren, touwladders en hefkabels voor reddingshelikopters, abseil-touwen voor bergbeklimmers en speleologen, lijnen voor parachutes. En verhuizers zouden het ook leuk vinden als die piano onderweg naar boven niet begint te draaien. [5]
- Vorig jaar zat elders in Duitsland een speleoloog lang vast in een grot. De onderzoeker liep op een kilometer diepte ernstig hoofdletsel op door een vallende rots, en werd pas na elf dagen bevrijd door reddingswerkers. [6]
- Het woord speleoloog staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "speleoloog" herkend door:
85 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[7] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ speleoloog op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Beijnum, Kees vanDe offers [2014] ISBN 978-90-234-8628-2 pagina 49
- ↑ Mitchell, DavidTijdmeters Vertaald door Harm Damsma en Niek Miedema [1988] ISBN 978-90-468-1748-3 pagina 375
- ↑ de Standaard VRIJDAG 14 JULI 2017
- ↑ Tubantia 15-juni-2015
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be