Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • spek·kig
Woordherkomst en -opbouw
  • afleiding van spek met het achtervoegsel -ig
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen spekkig spekkiger spekkigst
verbogen spekkige spekkigere spekkigste
partitief spekkigs spekkigers -

Bijvoeglijk naamwoord

spekkig [1]

  1. dikkig, vettig
    • Het realisme van Rembrandt werd niet alleen bewonderd, maar ook verafschuwd. Andries Pels schreef in 1681 een hekeldicht over de naakte vrouwen van de meester, waarin hij de vetrollen op hun buik bespotte, de slappe borsten en de zichtbare afdruk van kousenband op een spekkig been. [2] 
    • Een smalle borstkas, slungelige armpjes en een spekkig buikje waarvan de personal trainer bij de eerste aanblik zegt 'misselijk' te worden. Zie daar maar eens in vijf maanden zo'n perfect Arie Boomsma-lijf van te maken, met opgepompte spieren all over, een wasbordje en geen centimetertje vet. [3] 
    • Het is toch van de zotte dat ook ik mijn eigenwaarde nog steeds aflees aan hoe ik er uitzie? En dan nog, stel nou dat De Verkering dik haar, volle lippen of minder spekkige armen esthetisch gezien mooier zou vinden, zou dat betekenen dat ik niet goed genoeg voor hem ben? Zijn mijn haar en mijn armen nu echt wat mij míj maakt? [4] 

Gangbaarheid

81 % van de Nederlanders;
65 % van de Vlamingen.[5]

Verwijzingen