skysse
- skys·se
Naar frequentie | > 50000 |
---|
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | skysse |
tegenwoordige tijd | skysser |
verleden tijd | skysset skyssa |
voltooid deelwoord |
skysset skyssa |
onvoltooid deelwoord |
skyssende |
lijdende vorm | skysses |
gebiedende wijs | skyss |
vervoegingsklasse | Klasse 1 zwak |
opmerking |
skysse
- overgankelijk vervoeren
- overgankelijk sturen, verjagen, wegjagen, wegsturen
- «En politipatrulje måtte en uønsket gjest på en fest skysse hjem.»
- Een politiepatrouille moest een op een feestje ongewenste gast naar huis sturen.
- «En politipatrulje måtte en uønsket gjest på en fest skysse hjem.»
- [1]: skysse turister
toeristen vervoeren
- [2]: skysse en ut døra
iemand het huis uit jagen
- [2]: skysse noen hjem
iemand naar huis sturen
- skys·se
- Afkomstig van het Nynorske woord skjot.
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | skysse skyssa |
tegenwoordige tijd | skyssar |
verleden tijd | skyssa |
voltooid deelwoord |
skyssa |
onvoltooid deelwoord |
skyssande |
lijdende vorm | skyssast |
gebiedende wijs | skyss skyssa skysse |
vervoegingsklasse | Klasse 1 zwak |
opmerking |
skysse
- overgankelijk vervoeren
- overgankelijk sturen, verjagen, wegjagen, wegsturen
- overgankelijk bespoedigen
- [1]: skysse turistar
toeristen vervoeren
- [2]: skysse ein ut døra
iemand het huis uit jagen
skysse
- gebiedende wijs van skyssa
skysse
- gebiedende wijs van skysse