siersel

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  siersel    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• sier·sel

Woordherkomst en -opbouw

• naamwoord van handeling van sieren met het achtervoegsel -sel

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	siersel	siersels
verkleinwoord	sierseltje	sierseltjes

Zelfstandig naamwoord

het siersel o

1. iets wat is aangebracht ter verfraaiing, maar verder geen nuttig doel heeft

Synoniemen

• versiersel, sieraad, tooi

Gangbaarheid

• Het woord siersel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "siersel" herkend door:

68 %	van de Nederlanders;
72 %	van de Vlamingen.