schuifslot
- Geluid: schuifslot (hulp, bestand)
- schuif·slot
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schuifslot | schuifsloten |
verkleinwoord | schuifslotje | schuifslotjes |
het schuifslot o
- een slot dat men met een schuif of een schuivende beweging opent en sluit
- ▸ De spaken waartussen het schuifslot stak, sloegen met een tikkend geluid tegen de metalen beugel.[2]
- ▸ ,,De krakers wisten heel goed hoe ze te werk moesten gaan. Ze hebben een schuifslot geïnstalleerd op de deur, zodat ze van binnen naar buiten kunnen, maar niemand zomaar binnen kan. Niemand kan ze raken. Dat is toch ongelofelijk?“[3]
- Het woord schuifslot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Advocaat van de Hanen” (1990), De Bezige Bij , ISBN 9789023479925
- ↑ Weblink bron Jeffrey Dujardin“Stel treft groep krakers aan in huis na weekendje weg” (02-11-2017), Tubantia